Ze komen uit Friesland, Drenthe of uit de Randstad: afgemagerde, pezige amateurracers die op hun dure racefietsjes fanatiek het Limburgse heuvelland doorkruisen en woedend naar bewoners blaffen als die niet tijdig opzij springen. Ze laten zich afwisselend omlaag vallen om dan weer als ware autisten met dichtgeknepen ogen hijgend omhoog te klimmen zonder ook maar enigszins kennis te nemen van landschap en omgeving. Dat is pas sport, als het hele lijf gaat branden.
Speciaal voor hen schilderen we een alternatief dat ook hun geheugenspiertjes uitdaagt. Stop af en toe even en gedenk de bevrijdende jongemannen die hier hun leven lieten.
Eerste generatie Europeanen zonder oorlog
Bij een intervaltraining op de fiets bevorder je de vetverbranding, maak je je hart sterker, je longinhoud groter en train je je bil-, been- en rugspieren. Bij de Ardenner Wielertoer bevorder je bovendien je maatschappelijk bewustzijn en voorkom je Het Grote Vergeten en daarmee je eigen verrechtsing en al te overdreven zelfingenomenheid.
Hoe dat zo werkt, heeft te maken met de voortdurende afwisseling van hoge fysieke inspanning en daarna telkens een indrukwekkend-informatieve stop bij cruciale gedenkplekken. Net als bij de Alpe d’Huzes gaat het erom, toekomstig onheil af te wenden. Bij de Alpe d’Huzes door je ijdele inspanning te laten sponsoren door familie en collega’s voor het goede kankerbestrijdende doel; bij de Ardenner Wielertoer door je vol emoties te bezinnen op je geluk als lid van de eerste generatie Europeanen zonder oorlog. (Wat U nu leest, is een voorlopige foldertekst voor de werving van deelnemers.)
De toer voert ons niet verder dan de noordelijke frontlinie rond kerst 1944 van de Battle of the Bulge tot bij Stelot en Bütgenbach en we keren dan via Monschau weer retour, bij Gemmenich komen we over de bergpas Vaals binnen, vallen via de drielandentop Duitsland in en kiezen dan weer bij het voormalige militaire rangeerterrein in Seffent de Schlangenweg richting Siegfriedlinie het plateau op richting Wahlwiller en Partij. Met dus telkens die nodige tussenstops, waar we de hartslag laten dalen en ons in plaats daarvan door de dramatisch-emotionele geschiedenis laten meenemen.
Achtduizend witte kruisen
We starten rustig in Margraten, waar een uitgestrekt veld met witte kruisen het vertrekpunt vormt. Ooit trok vanaf Mamelis, vlakbij, bij het daadwerkelijke begin van de tachtigjarige oorlog, Willem van Oranje deze regio binnen met dertigduizend huursoldaten. Die hielden zich toen vanaf de Gulpenerberg plunderend, brandschattend en verkrachtend in leven ten koste van de plaatselijke bevolking. De witte kruisen van Margraten zijn heel wat recenter en ze staan er keurig geordend bij, nu sinds een halve eeuw. De achtduizend gesneuvelden die hier ooit begraven werden, waren dit keer wel degelijk heuse bevrijders van de lokale bevolking.
De fietstoer gaat dan in een warming up richting Euverem, waar we een overzichtelijk panoramabeeld krijgen van het voorterrein, dan fietsen we zuidwaarts, de Voerstreek in en we staan telkens na een forse inspanning heuvel op, heuvel af, stil op plaatsen waar de in 1944 optrekkende geallieerde bevrijders plotseling overvallen werden in de operatie Herbstnebel door het Duitse leger en door Duitse SS-troepen die al flink wat oorlogservaring hadden opgedaan. Er vielen in de streek waar we nu doorheen fietsen in enkele weken tijd bijna 9.000 Amerikanen en er raakten er meer dan 47.000 gewond.
Traumatische ervaringen ontwijken
Kurt Vonnegut, een van de 27.000 vermist geraakte Amerikanen die als krijgsgevangene werd afgevoerd richting Dresden, vertelt daarover. Als Amerikaanse kleinzoon van een gemigreerde Duitser werd hij uitgezonden voor de bevrijding van West-Europa. Hij valt in al zijn naïviteit meteen al in handen van gemobiliseerde Duitse pubers met krijgservaring. In zijn dramatische verslag van wat dan volgt (uiteindelijk de brandbommen op Dresden-mutjevol-vluchtelingen), raak je als lezer regelmatig de draad kwijt. Hij zit dan plotseling op een verre planeet, achter glas, opgesloten met een Playboy-model, te kijk gezet voor planeetbewoners die meer willen weten over aardse seks. Psychologen noemen dat dissociëren, als je al te traumatische ervaringen gaat ontwijken door je elders te wanen en afstand te suggereren. Het is een extreme vorm van zelfbescherming. Dat hebben wij niet nodig tijdens onze fietstocht: ons zijn zulke oorlogstrauma’s dankzij die Amerikanen bespaard gebleven.
Uitsorteren van gewonden en reeds overledenen
Eindpunt van onze toer is dan het plein voor het klooster van Wittem. Jo Bost uit Vaals – destijds uit het levensgevaarlijke Kerkrade geëvacueerd naar Mechelen – verhaalt hoe hij als jongetje hier ging zitten kijken in die wintermaanden; naar school gaan hoefde even niet. Er arriveerde een permanente stroom van militaire vrachtwagens, aan boord een opeengepakte mengelmoes van gewonde en inmiddels overleden helden. Ze werden vóór het klooster, dat als militair noodhospitaal was ingericht, uitgesorteerd. De reeds overleden jongemannen gingen door naar Margraten, waar onze fietstoer vanochtend begon.
Opa Peter werkte in die maanden als ziekenverpleger bij een van onze vorige stops, onderaan de Vaalser Berg, in het noodhospitaal in Vaals: klooster Bloemendaal, waar nu de Akense bruiloften worden gevierd.
Pindakaas, kauwgom en plenty patat
Bij de auteur thuis werd verhaald over de lekkere emmertjes eten die opa ’s avonds meebracht naar huis: wel zaten er grote klodders pindakaas doorheen, dat vonden ze maar niks. In de kloostertuin revalideerden kauwgommende helden, sommige belust op nog een laatste keer seks in ruil voor sigaretten en nylonkousen, potverdorie, voordat ze zich verderop naar het oosten voor ons na-oorlogse geluk als schietschijf zouden lenen. Veel meer werd er thuis eigenlijk niet over verhaald, toen, dat was allemaal veel te erg en waarom moesten wij dit ook allemaal weten?
In de supergefaciliteerde soldatentent achter het Wittemse klooster kunt u zo dadelijk douchen en omkleden; in Valkenburg, ietsje verderop is er dan voor ieder plenty patat, desgewenst met pindasaus.
(Juni’19)